NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Haren, diederik van

betekenis & definitie

HAREN (Diederik van), geb. te Haren (bij Megen en niet bij Oisterwijk, zooals Schutjes beweert in zijn Geschiedenis van het Bisdom van 's Hertogenbosch IV, 9; want in 't doodenboek der abdij staat aangeteekend ‘Theodoricus de Haren alias de Apelteren’ (dat juist aan de overzijde van de Maas ligt), overl. in de abdij van Tongerloo 19 Mei 1447. Ongeveer 27 jaren had hij zijn voorganger Jan van Sichem als proost ter zijde gestaan, toen hij eenige dagen voor diens dood als coadjutor werd aangewezen.

< >