FRANCKEN (Franciscus) ofFrancus, vermoedelijk uit Antwerpen afkomstig, werd in 1562 predikant bij de St. Stephanuskerk te Bremen. Om moeilijkheden ten opzichte van Doop en Avondmaal werd hij er tegen Paschen van het jaar 1565 echter weer ontslagen. Van de twee beroepen die hij kreeg bedankte hij voor het eerste (dat naar de kerk van Langstraat in Waterland) maar nam het tweede, dat van de nederduitsche vluchtelingengemeente te Londen, althans in zoo ernstige overweging, dat hij er zich ter kennismaking zelfs heen begaf. Toch is er ten slotte van aannemen niet gekomen. Liet het zich aanvankelijk aanzien - waar hij door beide partijen in de zeer verdeelde gemeente verlangd werd - dat zijn werk er niet zonder vrucht zou kunnen wezen (reden waarom de kerk van Emden ook gaarne tot zijn overkomst meewerking had verleend), toen hij goed en wel was aangekomen was de ontvangst van de zijde van den kerkeraad zóó onvriendelijk, dat hij maar spoedig op zijn schreden terugkeerde en via Emden waarschijnlijk weer naar Bremen
ging. In 1568 bevond hij zich op het Convent te Wezel. April 1569 gaf hij gehoor aan een op hem uitgebracht beroep van de kerk van Larrelt in Oostfriesland. Het daarop volgend jaar verruilde hij die standplaats weer voor Geertsweer. Volgens Harkenroht zou hij daar in 1576 overleden zijn. Maar juist kan dat bericht wel moeilijk wezen. Want reeds twee jaar eerder is hij alweer verhuisd. Als predikant van Naaldwijk toch (ofschoon op dat oogenblik tot werkeloosheid gedoemd, omdat het spaansche leger destijds bijna geheel Middel-Holland bezet hield) was hij in 1574 aanwezig op de provinciale Synode van Dordrecht.
Dezen Francken te identifieeren met Franciscus Vranck schijnt mij gewaagd; hem in 1561 ‘minister’ te Londen te noemen lijkt mij een onjuiste exegese van Hessels, Eccl. Lond. Bat. Arch. II (Cantabr. 1889) 150.
Zie: J.de Jong, De voorbereiding en constitueering van het Kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde kerken in de 16e eeuw (Gron. 1911) 161-163, 239; A.A. van Schelven, De Nederduitsche vluchtelingenkerken der 16e eeuw ('s Grav. 1908) register in voce.
van Schelven