NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 06-05-2022

Beveren, willem de of van

betekenis & definitie

BEVEREN (Willem de of van), natuurlijke zoon van Willem en Maria Hellincx, is wel identiek met zijn naamgenoot die in 1667 student werd te Utrecht en 9 Aug. 1669 te Harderwijk; gehuwd met Maria van den Bosch, dochter van den befaamden dordtschen conrector Lambertus v.d.B., werd hij predikant te Heusden en in 1671 predikanten rector te Tilburg, waar hij Juni 1683 overleed. Hij liet na Lambertus de B., geb. te Heusden in 1673,in 1688 student te Groningen, gehuwd met Catharina Stegnerus, dochter van den groningschen predikant Antonius, sinds 16 Juni 1695 predikant te Noordhorn (waar hij hertrouwde met Sophia Theodora Feltman) sinds Apr. 1708 predikant en rector te Meppel en 1715 te Hoorn, waar hij 28 Jan. 1742 overleed; van dezen heeft men: De toetssteen dergelukzaligheid (1724); Gelukzaligheid van een volk wiens God de

Heere is (Hoorn 1725); J. Bunyan, Christens reize enz. met aanteekeningen (Gron. 1729) en Acht uytgesogte leerredenen over verscheyde stoffen (Utr. 1750). Uit zijn eerste huwelijk is Antoni Willem (kol 105), uit zijn tweede sproot Theodorus de B., geb. te Noordhorn 16 Nov. 1706, student te Groningen en Leiden (1726), in 1729 predikant te Schellinkhorst, 1731 te Schipluiden, 1734 te Vlissingen en 1736 te Utrecht, waar hij 1744 huwde met Anna Elisabeth Adriani en 10 Apr.

1767 overleed.

Zie: Vrolikhert, Vlissingsche kerkhemel (ald. 1751) 257-60; Boekzaal 1767, II, 194: gedrukte Geslachtslijst familie de Beveren (1839) enVisscher en van Langeraad, Het Prot. Vaderland I (Utr. 1903) 446 de Waard

< >