BEAUMONT (Dirk van), zoon van Govert van Beaumont en Maria van Starrenburg, was in 1457 en 1459 schepen, in 1477-78 en 1479-80 burgemeester van Dordrecht. Hij behoorde tot de hoeksche partij.
Na de overrompeling van Dordrecht 6 April 1480/81 door de Kabeljauwschen onder Jan heer van Egmond met behulp van twee rijsschepen, werd hij nevens vele andere partijgenooten
gevangen genomen en naar 's Gravenhage gevoerd. Terwijl velen er in slaagden door bemiddeling van de weduwe van hertog Karel den Stoute, Margaretha van York, genade te verwerven en hun leven met verbanning te redden, werden Dirk van Beaumont en de schout Adriaen Jansz. Westfaling door het Hof van Holland bij sententie van 2 Aug. 1481 ter dood verwezen en onthoofd. Zeer uiteenloopend is het oordeel der geschiedschrijvers over deze terechtstelling, volgens sommigen niets dan een wraakneming uit partijhaat.
Zie, behalve de werken over vaderl. geschiedenis: Gouthoeven, d'oude Chronycke 523-24; Balen, Beschr. van Dordr. 792-93.
van Dalen