1. de oude ontogenetische theorie, dat het gehele volwassen dier reeds in zeer kleine toestand in de kiem (één der geslachtscellen, zie animalculisten, ovisten) aanwezig was;
2. nu sub 1 verworpen is, worden ook andere opvattingen over de voorbestemdheid in de ontwikkeling wel zo genoemd; betekent dan dus dat in de kiem alles in potentie1 aanwezig is.