Wat is de betekenis van wijdbeens?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Wijdbeens

[het accent wisselt], bw., met de benen, wijd uit elkander: wijdbeens staan, lopen.

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

wijdbeens

wijdbeens - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: wijd-beens 1. met de benen wijd ♢ de man stond ons wijdbeens op te wachten Bijvoeglijk naamwoord: wijd-beens de/het wijdbeense ...

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Wijdbeens

adv., wiidskonkich; — lopen, strampelje, wiid spoare; — gaan staan, strampelje; — staan, skane.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

wijdbeens

bw.: wijdbeens stappen.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

wijdbeens

('wijd) bw. met de benen wijd uit elkander: hij zat te dommelen.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Wijdbeens

bw., met de benen wijd uit elkaar: wijdbeens staan.

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

WIJDBEENS

WIJDBEENS,bw.met de beenen wijd uit elkander: wijdbeens staan, loopen.

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten