Wat is de betekenis van Remmer?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Remmer

m. (-s), 1. persoon die remt, die het remtoestel bedient; 2. (flg.) iem. die remmend, belemmerend werkt.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

remmer

m. remmers (persoon, die [op treinen] het remtoestel bedient; ook: het toestel).

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Remmer

m. (-s), 1. persoon die remt, die het remtoestel bedient; 2. remtoestel; 3. (biochemie) inhibitor.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Remmer

Remmer - m. (-s), op spoorwegen iem. die het remtoestel bedient; het remtoestel zelf; — (fig.) hij beschouwde zich als remmer in de vereeniging, die de vooruitstrevende denkbeelden zooveel mogelijk moest tegengaan.