Pantseren
(pantserde, heeft gepantserd), 1. met een pantser bekleden. 2. met stalen platen versterken: een gepantserde trein.
Van Dale Uitgevers (1950)
(pantserde, heeft gepantserd), 1. met een pantser bekleden. 2. met stalen platen versterken: een gepantserde trein.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip pantseren heeft 2 verschillende betekenissen: 1) iets met staal bekleden. iets met staal bekleden om het te versterken en van buiten af ondoordringbaar te maken. 2) zich of iets beschermen. zich of iets in geestelijk opzicht met een pantser bekleden om zich te beschermen tegen bedreiging van buitenaf.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
pantseren - regelmatig werkwoord uitspraak: pant-se-ren 1. versterken met stalen platen ♢ de president reed in een gepantserde auto Regelmatig werkwoord: pant-se-ren ik pantser jij/u pan...
Jozef Verschueren (1930)
('pantsərən) (pantserde, heeft gepantserd) van een pantser voorzien : een schip -; gepantserd tegen spot en hoon, ertegen bestand.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(pantserde, heeft gepantserd), 1. met e:en pantser bekleden; wederk., meestal fig.: zich pantseren tegen weekhartigheid; 2. met stalen platen versterken: een gepantserde trein; 3. wapenen.
J.H. van Dale (1898)
Pantseren (pantserde, heeft gepantserd), met een kuras of harnas bekleeden; een gepantserd schip, vaartuig, geheel met ijzer beslagen (zoodanig, dat de vijandelijke kogels het niet beschadigen kunnen); gepantserde treinen, door pantserplaten tegen vijandelijke kogels beschermd. PANTSERING, v. (-en), het pantseren; de gezamenlijke pantserplaten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: