Wat is de betekenis van mompelen?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mompelen

(mompelde, heeft gemompeld), 1. binnensmonds onverstaanbaar spreken; 2. stil gewag maken (van iets), fluisteren: ik heb al zo iets horen mompelen.

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mompelen

mompelen - Werkwoord 1. (inerg) geluiden maken die moeilijk te verstaan zijn Hij mompelde wel wat, maar tot een echt protest kwam het niet.

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

mompelen

mompelen - regelmatig werkwoord uitspraak: mom-pe-len 1. het onverstaanbaar zeggen, binnensmonds ♢je moet niet mompelen, maar duidelijk praten Regelmatig werkwoord: mom-pe-len ik mompel jij/u m...

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Mompelen

v., mompelje, preuvelje, prevelje, popelje, poperje, prommelje, rantsje, rútsje, puollemuolje; er wordt gemompeld, der wurdt grute, gnute.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mompelen

mompelde, heeft gemompeld; binnensmonds, dof of onverstaanbaar spreken; tersluiks tegen of over iem. of iets spreken: men mompelt van bedrog, fluistert.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mompelen

(mompelde, heeft gemompeld) 1. onduidelijk en dof spreken: -d liep hij door de kamer. 2. er tersluiks van spreken: men mompelt al van een moord.

2025-07-28
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

mompelen

mompelen ww. 'onduidelijk, binnensmonds spreken' categorie: intensiefvorming of frequentatief, klankwoord Mnl. mumplen 'onduidelijk spreken', naast mumplyng (zn.) 'gemompel, gerucht' [beide 1477; Teuth.]; vnnl. mompelen 'onduidelijk, binnensmonds spreken' [1573; Thes.]. Wrsch. een klanknabootsend woord, met de...

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Mompelen

Mompelen (mompelde, heeft gemompeld), binnensmonds onverstaanbaar spreken inz. om zijn afkeuring, ontevredenheid enz. uit te drukken: als ge zoo mompelt, kan ik u niet verstaan; stil gewag maken (van iets), fluisteren: ik heb al zoo iets hooren mompelen, ik heb het gerucht ook gehoord. MOMPELING, v. (-en), het mompelen.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)