Wat is de betekenis van mankracht?

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mankracht

mankracht - Zelfstandignaamwoord 1. de kracht van een mens, het arbeidsvermogen van een mens De beschikbaarheid van mankracht en energie tegen lage kosten waren voorvereisten voor de ontwikkeling van de mijnbouw in de Witwatersrand. Woordherkomst samenstelling van man en kracht

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

mankracht

mankracht - zelfstandig naamwoord uitspraak: man-kracht 1. de kracht van de mens ♢het apparaat werkt op mankracht 1. gebrek aan mankracht [personeel] Zelfstandig naamwoord: man-k...

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

mankracht

v./m., 1. menselijke kracht: de machine wordt door mankracht bewogen; 2. sterkte aan manschappen.

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2025-07-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)