jatmoos, jatmous
(Bargoens) dief, zwendelaar. Jatmozen of jatmouzen betekent ‘kleine diefstallen plegen’. Dan zakken ze ’t liefst ‘ezeltje-rijdend’ op een gestolen fiets weer naar Lindeboom af: Lange Gerrit... Aart de Neus, Fientje, oftewel ’t Paard zonder ribben, omdat die meid zoo raar in d’r want zit, en weet ik hoe al d...