Wat is de betekenis van arbeidsschuw?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Arbeidsschuw

bn., een afkeer van arbeid hebbende : arbeidsschuwe mannen moesten van staatswege aan de arbeid gezet worden.

2025-07-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

arbeidsschuw

arbeidsschuw - Bijvoeglijk naamwoord 1. werken zoveel mogelijk mijdend Woordherkomst samenstelling van arbeid en schuw met het invoegsel -s- Synoniemen werkschuw

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

arbeidsschuw

(’arbeits) bn. afkeer van geregelde arbeid hebbend.

2025-07-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Arbeidsschuw

bn., afkerig van arbeid.

2025-07-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)