Wat is de betekenis van Afkapen?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afkapen

(kaapte af, heeft afgekaapt), verzachtende uitdr. voor ontstelen: iem. iets afkapen.

2025-07-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afkapen

v., ôftake, ûnttake.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

afkapen

kaapte af, heeft afgekaapt; handig ontnemen, ontstelen: iem. iets afkapen.

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afkapen

('af) (kaapte af. heeft afgekaapt) handig ontnemen : iemand iets -. Syn. ➝ afhandig maken.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Afkapen

AFKAPEN, (kaapte af, heeft afgekaapt), ontstelen : iem. iets afkapen.

2025-07-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten