Mannelijk-vrouwelijk - aanduiding voor butch-femme in de jaren veertig en vijftig. Eén kwam op me af en vroeg of ik haar ten dans wilde vragen, dat deed ik.
Daarna moest het hoge woord eruit: of ik mannelijk was of vrouwelijk. Nou ik vond dat een onzinnige vraag, maar zei heel stoer, mannelijk, waarop zij vol verbazing uitriep: ‘Maar je draagt niet eens een stropdas!’ (Meijer, 1979).