Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Succumbo

betekenis & definitie

cŭbŭi, cŭbitum (3);

1. eig., onder iets vallen, - zinken, neervallen, op de grond vallen, zinken, omnes succubuisse oculos toegevallen waren, Ov. | in ’t bijz., gaan liggen (van zieken), Nolae (te N.), Suet.; zich laten beslapen, alci, Cat.
2. overdr., het onderspit delven, bezwijken, zich gewonnen geven, toegeven, absol., Cic., ald, Nep., Liv., oneri, Liv., tempori (voor de tijdsomstandigheden), Liv., animo, de moed laten zakken, Cic.

< >