Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Largītĭo

betekenis & definitie

ōnis, f.

1. het overvloedig, vrijgevig schenken, vrijgevigheid, vooral = omkoping bij het dingen naar een ambt; overdr., het toestaan, verlening, alcs rei, Cic.
2. meton., largitiones, de kas van de keizer voor geschenken en uitdelingen, Eutr.

< >