i, m.
1. een Centaur, plur., de Centauren, wilde volksstam in Thessalië, volgens de sage half mens en half paard, C. nobilis, = Chiron, Hor.
Daarv. Centaurēus, Centaurisch, der Centauren.
2. overdr., een sterrenbeeld aan de Zuidelijke hemel; de naam van een schip (vand. fem., daar navis vrouwelijk is).