(1639-1699), Fr. treurspeldichter, in Port-Royal opgevoed, welks Jansenistische beïnvloeding door heel zijn werk merkbaar blijft ; sedert 1658 te Parijs, bevriend met La Fontaine, Boileau, Molière enz., won de gunst van Lodewijk XIV met zijn eerste stukken (Académie Franç. in 1673) en ervoer de afgunst van de hovelingen. Hij werd ten slotte koninkl. geschiedschrijver en trok zich van het toneel terug.
Zijn tragedies uit 1667-’77 belichamen, met bijzonder veel gevoel voor de vrouwelijke gevoelswereld, de verstrikking in schuld en ondergang van de aan hartstochten prijsgegeven mens.Hoofdwerken: Andromaque, Britannicus, Bajazet, bijb. drama’s Esther en Athalie.
Hij was ook uitnemend prozaïst (Geschied, v. Port Royal, brieven e.a.).