(Hansa), in de middeleeuwen verbonden van koopsteden om elkaars handel te beschermen, vooral de in 1241 onder leiding van Hamburg en Lübeck gesloten bond, die in de 2e helft der 14e eeuw een grote omvang verkreeg en meer dan 90 steden omvatte, van Reval en Narwa tot Nederland, waar Brugge en Dordrecht de middelpunten waren en ook Amsterdam, Den Briel, Zierikzee, Deventer, Harderwijk, Elburg, Groningen, Nijmegen, Arnhem, Roermond, Zwolle, Stavoren, Kampen er toe behoorden. Op bepaalde tijden kwamen de leden bijeen om te beraadslagen over gemeenschappelijk te nemen maatregelen (Hanzedagen).
In de 16e eeuw begon de H. te vervallen, voornamelijk wegens de verplaatsing der wereldhandelswegen.
