(Lat.)
1 voor; ~ ma re, un dae, lett. voor (dat), de zee (er is), (moeten er) de wateren (zijn), het geheel verkrijgt men door de vereniging van de delen; ~ meri diem,
vóór de middag;
2 v. aan de wand verbonden min of meer vooruitspringend kapiteel, vooruitspringende muurpijler.