m. -mannen (triumvir); o.-Rome: commissiën van drie leden (tresviri), wier werkzaamheid samenhing met de omstandigheden, waaronder zij benoemd werden b.v. tresviri of triumviri nocturni, hoofden der nacht- en brandpolitie, de triumviri rei
publicae constituendae (om de staat te regelen), nl. Octavianus, Antonius, Le'pidus in 43 v. Chr. (2 de triumviraat) en Caesar, Pompejus en Crassus in 60 v. Chr. (1ste triumviraat);
-manschap, o. -schappen; -mast, —en, of
-master, —s, m. (zeeschip met drie masten);
-pikkel, m. -s (Z.-N. driepoot, drievoet);
-ponder, m. -s (kanon, dat kogels van drie pond schiet; zaken, die drie pond wegen b.v. brood);
-poot, m. -poten ([schoenmakers]stoeltje met drie poten).