Gepubliceerd op 11-11-2021

afkijken

betekenis & definitie

keek af, heeft afgekeken;

1. naar iets anders zien: de jongen keek geen ogenblik van zijn boek af;
2. naar beneden kijken: hij keek de trap af;
3. rustig afwachten: de zaak afkijken;
4. ongemerkt afzien: de jongen kijkt af (van zijn buurman); zijn thema afkijken.

< >