bn. (alleen nog verbonden met oorzaak), wat was de —e oorzaak? eig. de oorzaak, die aanleiding geeft tot iets.
aanleiding, v. -en (omstandigheid, die niet rechtstreeks de oorzaak is, maar de gelegenheid tot iets geeft), zijn woorden gaven - tot twist; naar — van; bij de geringste —.