Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-10-2019

Rhenen

betekenis & definitie

Gem. in het Z. O. van de prov.

Utrecht, aan den Rijn en daarnaar genoemd, omvattend o.a. de stad R., verder een gedeelte van het dorp Elst en Achterberg. Opp. 4393 ha, 8323 inw. (1 Jan. 1937), bijna 80% Ned.

Herv., enkele Kath. Bodem: Diluviaal zand en wat klei.

Een bekende verheffing is de Heimen- of Grebbeberg (tot 53,4 m) met de „Steenen tafel” van koning Frederik van de Palts. De stad ligt gunstig voor het verkeer, aan den Rijn, de tramlijn Utrecht-Arnhem en de spoorlijn Amersfoort-Resteren.

Landbouw, veeteelt en industrie van steen, sigaren en kokosmatten. De tabaksbouw beteekent weinig meer.

R. is een zeer oud stadje. De Cunerakerk met haar zeer mooien toren van ca. 1500 behoort sinds de 16e eeuw aan de Hervormden.

Vóórdien was R. een bedevaartsplaats.

In de 17e eeuw had Frederik van de Palts er een „Koningshuis”, dat echter in 1812 is afgebrand.

Het stadhuis dateert in zijn huidigen vorm van 1738. Te R. is een bekend dierenpark. Akveld.

< >