In de radiotechniek worden hieronder verstaan de verschillende systemen, welke in de radiotechniek worden toegepast om de draaggolven van zenders te moduleeren, d.w.z. op zoodanige wijze in sterkte te veranderen, dat deze golven de dragers en overbrengers worden van een in karakter onvervormde geluidsenergie.
Men onderscheidt hierbij vooral bij grootere zenders de zgn. low power modulatie (modulatie bij gering vermogen) en high power modulatie (modulatie bij groot eindvermogen van den zender). Zooals bekend wordt de draaggolfenergie van den zender verkregen in verschillende trappen. D.w.z. de goede frequentie van de draaggolf wordt bij gering vermogen (onderdeelen van een watt) opgewekt en daarna versterkt in versterker-trappen tot de eindenergie bereikt is. Men kan nu de modulatie in een willekeurigen trap toevoeren. Het voordeel van low power modulatie bestaat nu hierin, dat de apparatuur voor deze modulatie van gering vermogen kan zijn; men bespaart op deze wijze kosten.
Er bestaan nu verschillende methodes van toevoering der energie en wel aan het rooster van een der versterkerlampen (roostermodulatie), welke in Duitschland veel toepassing vindt, ofwel men kan de modulatie-energie toevoeren in den anodekring van een versterkerlamp. Dit geschiedt doordat men in de anodevoedingleiding van de modulatielamp een smoorspoel plaatst, welker reactie de anodespanning van de versterkerlamp beïnvloedt. Ook een koppeling, waarbij de smoorspoel door een transformator vervangen wordt, is veelvuldig in gebruik.