Duitsch componist. * ca. 1550, ♱ 1606 te Stuttgart. Als knaap zanger aan de Beiersche hofkapel; onderwijzer te Neurenberg; in 1584 kapelmeester te Hechingen; ging later naar Tübingen en van daar naar Stuttgart. Zijn werk bevat motetten, missen, madrigalen en Duitsche liederen.
In modernen herdruk verschenen Neue Teutsche Lieder (d. E. F.
Schmid, 1926), een Johannis Passio (d. K. Ameln 1926) en andere werken.