De ritus der k. schijnt zich gevormd te hebben van de 8e-13e eeuw; hij verraadt echter een ouderen datum door ontleeningen aan Oud-Romeinsche landmetersgebruiken. Den bisschop voorbehouden, kan de k. met diens machtiging in een vereenvoudigden vorm door een priester verricht worden. Zij wordt ingeleid door een gebed en de Allerheiligenlitanie, waarna de terreinzuivering met wijwater plaats heeft onder het bidden van psalm 50, besloten door een gebed.
De priester plaatst dan tot besluit drie brandende kaarsen op een houten kruis en bewierookt dit. De bisschop doet dit op vijf in kruisvorm geplaatste kruisen, daartusschen den grond besprenkelend onder het bidden der overige boetpsalmen, en besluitend met gebeden (waaronder een eucharistisch gebed) voor het middelste kruis. Daarna draagt hij of een ander de H.
Mis in de kerk op. Louwerse