1° Benjamin Hall, Eng. Klass. philoloog. * 6 Nov. 1804, ✝ 6 April 1889. Geleerde van enorme belezenheid en groot poëtisch talent.
Naast uitg. van Gr. tragici met metrische vert. publiceerde hij in Between Whiles eigen Lat., Gr. en Eng. verzen.2° Margaret, Engelsch romanschrijfster. * 1896 in Cornwall; studeerde te Cheltenham en te Oxford; is gehuwd met David Davies. Haar knap geschreven werk is vaak geestig, maar de moraal ervan is niet zelden bedenkelijk. Haar grootsten roem verwierf ze met haar roman The Constant Nymph (1924), die evenwel overtroffen wordt door de fijnzinnige novelle A long Week-end (1927); verder gaf ze o.m. Red Sky at Moming (1927) en The Fooi of the Family (1929). J. Panhuijsen
3° Walter, Schotsch dichter. * ca. 1460, ✝ ca. 1608. Studeerde aan de univ. te Glasgow. Het best bekend als de antagonist van den anderen Schotschen dichter → Dunbar (Flyting of Dunbar and Kennedie). K.’s gedichten, hoofdzakelijk van godsdienstig karakter, staan gedrukt in het zeldzame suppl. op David Laing’s uitg. van William Dunbar; ze zijn opnieuw uitgegeven door J. Schipper (Weenen 1902).
Lit.: F. Holthausen, K.-Studien, in Arch. f. d. Stud. der neueren Sprachen (X 1903, XII 1904). F. Visser