Capucijn, kardinaal (1884), een der grootste missionarissen van Afrika. * 8 Juni 1809 te Piova (Asti), ✝ 6 Aug. 1889 te S. Giorgio (Napels). In 1846 apost. vicaris van Galla benoemd, vestigde hij eerst na zwaren strijd tegen Mohammedanen en Schismatieken de missie in Kaffa en Sjoa (Z.
Abessinië); zelf doopte hij meer dan 36 000 heidenen. Na een verblijf van 35 jaren werd hij door den negus verbannen. Zijn memoires, evenals de eerste Galla-Amharische spraakkunst (Parijs 1867) zijn baanbrekend geweest voor de kennis van Abessinië. p.
Placidus Werken: I miei 35 anni nell’Alta Etiopia (12 dln. Milaan 1885-’95, Rome 21921-’31).Lit.: Lex. f. Theol. u. Kirche (VI); Analecta O.M. Cap. (V, 291).