Russisch generaal. * 29 Maart 1848, ✝ 23 Jan. 1925 te Sjemtsjoerin (Pskow). Trad in 1864 in mil. dienst en onderscheidde zich zeer in Toerkestan. In 1874 bij den gen. staf, in den Russisch-Turkschen oorlog (1877-’78) chef van den staf van generaal Skobelew, den held van de Skipkapas.
Minister van Oorlog 1898-1904. Daarna in den oorlog tegen Japan bevelhebber van het Russ. leger in Mantsjoerije. Na de nederlaag bij Moekden (16 Maart 1905) als opperbevelhebber ontslagen.
Nog eenmaal voor het voetlicht als opperbevelhebber van het Russ. Noorder leger in 1916. K. heeft niet beantwoord aan de reputatie, die hij als stafofficier en troepenaanvoerder onder Skobelew had verkregen.
In den Russ.-Jap. oorlog gedroeg hij zich bijna steeds zuiver defensief, kon uit zich zelf moeilijk tot een energiek optreden komen en verstond de kunst niet het juiste oogenblik voor een tegenaanval te onderkennen.Lit.: v. Tettau, K. und seine Unterführer (2 dln. 1913).
v. Munnekrede.