of Aller treurspelen treurspel, door Joost van den Vondel in 1664 uitgegeven bij de weduwe Abr. de Wees te Amsterdam, behandelt den zondeval van het eerste menschenpaar in het aardsch paradijs en bezingt in sterk dramatische scènes en ontroerende lyrische liederen de Kath. leer aangaande erfzonde en verlossing. Het stuk werd tijdens Vonders leven niet vertoond.
De eerste opvoering had plaats 20 Jan. 1852 door de rederijkerskamer Achilles te Amsterdam. Jacob van Lennep speelde daarbij de rol van Belial. In 1908 werd het spel ten tooneele gebracht door dr. Willem Royaards. Sedertdien bleef A. i. B. op het repertoire, ook als openlucht-spel.De Kath. grondgedachte van het stuk werd bestreden door vsch. van Vondels tijdgenooten, o.a. door Jan Pietersz. Beelthouwer in zijn gedicht: Adams Antwoordt (1664), en door Meynarda Verboom: Pleyt voor onze eerste moeder Eva (1664).
Lft.: Nic. Beets, Verscheidenheden (I); J. Boelen S.J.,’sVondel-Studiën (1906) ; Gerard ;Brom, A. in B. vertoond door de N.V. Het Tooneel.
Asselbergs.