Jules Grandgagnage

Schrijver op Ensie

Gepubliceerd op 01-02-2019

Macbeth

betekenis & definitie

Shakespeares Macbeth heeft in toneelkringen al eeuwenlang de reputatie een vervloekt stuk te zijn. Dit bijgeloof zit zo diep dat de naam van het toneelstuk liever niet luidop wordt genoemd: het is veiliger om over "het Schotse stuk" (the Scottish play) te spreken.

Er gebeuren naar verluidt dan ook veel ongelukken: van decors die omvallen en lichtinstallaties die het plots begeven, tot botbreuken en pogingen tot zelfmoord. Macbeth leent zich goed tot dergelijke mythevorming. Het is een heel duister stuk over het kwaad in de mens en hoe een goed mens door het duister kan worden verzwolgen tot hij zichzelf niet meer kent. Tot hij met zichzelf niet meer kan leven.

Shakespeare vertelt het verhaal rond de moord op de Schotse koning Duncan I en de opkomst en ondergang van zijn moordenaar, Macbeth, losjes gebaseerd op de echte koning Macbeth van Schotland uit de elfde eeuw. Macbeth dateert uit ca. 1605 en is de laatste van de vier grote tragedies van Shakespeare, waarin hij het kwaad in de mens tot onderwerp neemt: Hamlet (ca.1600), Othello (ca. 1604), King Lear (ca. 1605) zijn de andere drie. De strijd in de vier grote tragedies woedt in de mens zelf. Het is een spirituele strijd tussen goed en kwaad. Macbeth beseft dat hij zijn ziel verkoopt door te kiezen voor het kwaad. Blinde ambitie wordt hem fataal, zoals jaloezie de grote Othello velt, en zoals wraakgedachten Hamlets geest verzieken. Het is geen vijand van buitenaf die hen doodt, zoals de protagonisten overkomt in Shakespeares Romeinse tragedies over Coriolanus en Julius Caesar. Neen: het zijn zijzelf die hun ondergang bewerkstelligen. Na de moord op zijn Schotse koning is Macbeth ten dode opgeschreven, omdat hij niet kan leven met zijn verschrikkelijke daad.