Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Gepubliceerd op 24-03-2021

Irak

betekenis & definitie

een Arabische republiek, groot 433 814 km2 met 10,4 milj. inwoners. Bijna een vierde deel van de bevolking woont in de hoofdstad Bagdad en omgeving (2,5 milj. inw.).

Irak omvat het stroomgebied van de Eufraat en van de Tigris en delen van de Syrische woestijn. De natuurlijke rijkdom van het land wordt gevormd door de rijke olievoorraden bij Kerkoek en Mosoel. Het klimaat is heet en droog, met grote tegenstellingen tussen zomer en winter. Het grootste deel van het land, Mesopotamië, in de Oudheid een rijke korenschuur, is tegenwoordig een eindeloos steppen- en woestijngebied, waarin hyena’s, jakhalzen en wolven voorkomen. In de omgeving van Basra aan de Perzische Golf zijn de rijkste aanplantingen van dadelpalmen ter wereld. De voornaamste verkeersweg is de in 1940 voltooide Bagdad-spoorlijn, die van Basra naar de Turkse grens voert.

Bovendien werden er tal van autowegen aangelegd. De zeer gemengde bevolking bestaat uit Arabieren, Turken, Perzen en de vrijheidlievende Koerden.

< >