letterlijk: onvoorwaardelijk bevel. De naam die de Duitse
wijsgeer Kant gaf aan het zonder enige beperking geldende zedelijke gebod: „Handel zo, dat de maxime (d.w.z. uitgangspunt) van je wil altijd tegelijk zou kunnen optreden als beginsel van een algemene wetgeving.” In de praktijk van het leven komt deze categorische imperatief meestal neer op: „Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.”