Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Gepubliceerd op 11-07-2022

Schol

betekenis & definitie

1. z.n.m. - Zekere zeevisch.

Spreekwijze: Hy droomt van schol en hy eetplatvisch (hy stelt zich vrij wat voor; maar het komt sober uit.)

“Wat breeder dinqen zijn dat?” vroeg Jan Oom, en hy zag drie schollen in een schotel liggen (ziet op de dwaze verwondering, die sommigen over de meest gewone zaken aan den dag leggen).

2. z.n.v. - ’t Zelfde als schor, maar meer bepaaldelijk voor ijsklomp genomen.

< >