z.n.m. - of boksoor. Hieronder verstond men vroeger een ijzeren haak, die ter wederzijden van de rampaarden werd vastgehecht om de touwen daaraan te beleggen.
Hy had zijn naam van zijn gedaante, daar de pen van dit werktuig achterover lag, even als de hoorn van een bok. Tegenwoordig zijn de bokshoorns van voren rondgebogen ijzeren bouten in het boord der schepen, aan welke bouten de Broekings der stukken gebonden worden om het inspringen te beletten. Zie hoornen.