Hermus, Cor - Cor Hermus (1889-1953), toneelspeler, ging uit de "Toneelvereeniging" van Herman Heijermans* naar het "Schouwtoneel" en maakte daarna jarenlang deel uit van het "Centraal Toneel" onder Cees Laseur, het gezelschap dat in het Centraal Theater* modelopvoeringen van Engelse en Amerikaanse stukken speelde in een verfijnde stijl. Hermus was daar o.a. de wijze grootvader in Kaufmanns "Je kunt het toch niet meenemen". Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelde hij bij het Nederlands Toneel. Hij regisseerde o.a. Van Lenneps* "Amsterdamse Jongen" en Vondels* "Adam in ballingschap", en creëerde een kostelijke Warenar in het gelijknamige stuk van P.C.
Hooft*. Na de oorlog richtte hij "Comedia" op. Zijn bewondering voor de Russische speelstijl uitte zich o.a. in het introduceren van de regisseur van het Moskou's Kunstenaarstheater, Peter Scharoff (1947). Hermus regisseerde in zijn latere loopbaan o.a. "Marie Stuart en Chaste- lard" en "Tramlijn Begeerte". Hij speelde mooie karakterrollen, zoals Tartuffe en Thomas More. Als pedagogisch begaafd docent oefende Hermus bovendien veel invloed uit op de jongere generatie.
LIT. B. Albach, Het huis op het plein, 1957.
