XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Andriessen, Mari

betekenis & definitie

Andriessen, Mari - Mari Andriessen (1897-1979), beeldhouwer, werd vooral bekend door zijn bevrijdings- en verzetsmonumenten, waarin hij een geheel eigen stijl ontwikkelde. Ondanks zijn actieve rol in de verzetsbeweging had hij een grote afkeer van pathos en heldenverering. Reeds op 14-jarige leeftijd werd zijn talent voor het beeldhouwen en boetseren ontdekt door de huisvriend van de familie, de beeldhouwer Jan Bronner. Op diens Haarlemse atelier kreeg Mari Andriessen de eerste lessen. In 1917, toen hij werd toegelaten tot de Rijksakademie van Beeldende Kunsten* in A., werd hij de leerling van Jan Bronner.

Na een reeks kerkbeelden maakte Andriessen beelden voor het stadhuis in Bergen op Zoom, voor het station in Utrecht ("Veiligheid en Snelheid") en voor het gebouw van de Hoge Raad in Den Haag. Andriessen vervaardigde ook het monument voor ir Lely bij Den Oever, van Diepenbrock* in A. en van koningin Wilhelmina in Utrecht. Van de kleine beelden hebben die van de componisten Rossini en Schubert, van de dichter Roland Holst, van de schrijvers Lodewijk van Deyssel* en Emile Erens en van de beeldhouwer Frits van Hall, die in de oorlog door de Duitsers werd omgebracht, bekendheid gekregen. Maar het beroemdst werd Andriessen door zijn verzetsbeelden: "Man voor het vuurpeloton" aan de Haarlemse Dreef, het oorlogsmonument in Enschede, aan de weduwen van Putten, de Dokwerker* en het beeldje van Anne Frank. Laatstgenoemde sculptuur werd op 14 mrt. 1977 aan de gemeente aangeboden en door burgemeester Samkalden* onthuld. Het staat aan de muur van de Westerkerk. In 1977 werd in het Frans Halsmuseum te Haarlem ter gelegenheid van Andriessens 80ste verjaardag een overzichtstentoonstelling van zijn werk gehouden.

LIT. J.H. Kruizinga, Op de bres voor de vrijheid, 1980; Louk Tilanus, De beeldhouwer Mari Andriessen, 1985.

< >