Gepubliceerd op 18-08-2020

Leverbotziekte

betekenis & definitie

Ongansch, galligheid, aalbotziekte. De leverbot of aalbot is een soort aaltje, dat den vorm van een botje heeft en een ontwikkelingstijdperk in den lever van schapen, runderen en geiten doorloopt.

Het is 2 cm lang en 1 cm breed. Het verstopt de galgangen in den lever en veroorzaakt galstuwing, geelzucht. Vooral de hoornvliezen van de oogen zijn dan duidelijk geel. Op den duur gaat de lever schrompelen en gaat het bloed er niet meer door. Dit veroorzaakt stuwing van het bloed in de buikholte en dientengevolge buikwaterzucht en zucht van de huid. Wol en haren vallen uit, de dieren vermageren en sterven ten slotte aan uitputting.

De leverbot heeft een merkwaardigen ontwikkelingsgang. Zij legt in de galgangen van schapen, runderen of geiten een onnoemelijk groot aantal eieren, die in den darm geraken en met den mest geloosd worden. Tegen droogte zijn zij in het geheel niet bestand, maar indien het vochtig weer blijft en indien de mest geloosd wordt in ondiepe plassen, dan ontstaan uit die eieren larven. Voor de ontwikkeling van het dier is dan noodig, dat de larve binnen acht uur na de geboorte een kleine waterslak ontmoet, waarin zij verder groeit. De larve verandert in de slak in een zak met sporen, uit welke sporen zich 12 staartlarven ontwikkelen. Deze staartlarven verlaten het slakje en zwemmen rond om zich aan waterplanten te hechten.

Het schijnt, dat vooral het nuttigen van die planten, nog meer dan het drinken uit den besmetten poel, de gelegenheid vormt voor een nieuwe besmetting. Het natte gras van vochtige weiden is dus gevaarlijk voor het vee. In de gemeente Schoonderwoerd.waar veel lage weilanden zijn, stierven in den natten zomer van 1927 honderd runderen aan leverbotziekte.Ook kan sterfte onder de hazen aan leverbotziekte te wijten zijn.

Bilharz ontdekte een soortgelijk botje in de poortader (leverader van de darmen) van Egyptenaren, die aan bloedarmoede leden.

< >