De zijde van een gehouwen steen, welke oorspronkelijk onder was. Zachte steen behoort men op het groefleger te leggen: dan is de drukvastheid grooter.
Bij het bouwen van een gewelf moet de steen zoo geplaatst zijn, dat het verlengde van het groefleger gaat door het middelpunt van den cirkelboog, door het gewelf gevormd.
