Gepubliceerd op 18-08-2020

Droes

betekenis & definitie

Besmettelijke ontsteking van het neusslijmvlies bij paarden en ezels, gepaard met zwelling en verettering van de halsklieren (het woord droes is met het Duitsche,,Druse” verwant). De Grieken noemden droes: „malleus” d.w.z. booze ziekte.

De ziekte verloopt bij het paard meestal slepend en ook de huid en de longen kunnen in etterige ontsteking geraken. Zij is te herkennen aan de koortsreactie, welke een inspuiting van malleine (een stofwisselingsprodukt van den verwekker) veroorzaakt: de koorts stijgt daardoor twee graden.De droesbacil is onder het mikroskoop moeilijk te vinden en daarom doet men bij het onderzoek wel proefenting met den etter bij marmotten, die na tien dagen zwelling en verettering der teelballen moeten gaan vertoonen. Is de ziekte herkend, dan behoort het paard te worden afgemaakt; het Rijk vergoedt de schade. De handeling van het dier is n.l. omslachtig en duur (afzondering), de genezingskans is gering en de kans op besmetting van menschen is niet uitgesloten. Door dezen maatregel komt droes in ons land maar zelden voor; slechts enkele malen bij dieren, uit het buitenland aangevoerd. In 1928 nam de Veeartsenijkundige dienst slechts twaalf gevallen waar.

Droes is voor menschen niet bijzonder besmettelijk; toch kan die besmetting plaats hebben. Zelden is dan het neusslijmvlies aangedaan, meestal de huid van de handen, waarop zweren ontstaan, gevolgd door verettering van klieren in den oksel. Ook de longen kunnen aangetast worden. De behandeling geschiedt met geneesserum; zonder dat, verloopt de ziekte bij den mensch snel doodelijk.

Behalve deze zgn. kwaadaardige droes, bestaat er bij dieren ook een zgn. goedaardige droes, veroorzaakt door Streptococcen, dus een ziekte van geheel anderen aard: ook een neuskeelontsteking, maar zonder zweren. Deze ziekte, welke bij verminderden weerstand door slecht voedsel, vermoeienis enz. ontstaat, begint als een zware verkoudheid met uitvloeiing uit den neus; dan gaan de slijmvliezen van neus en keel zwellen en ten slotte zwellen de klieren aan de kaken en in de keel, waardoor de voedselopneming bemoeilijkt wordt en het voedsel soms door den neus terugkomt. De klieren veretteren en breken door en na langen tijd is ten slotte het paard uitgedroesd. Met echten droes heeft de goedaardige droes niet te maken.

< >