kalotje gedragen door joodse mannen waarvan de oorsprong niet geheel duidelijk is.
Eén verklaring. - uit meerdere - luidt: Het kalotje fungeert als symbool van eerbied; er moet een scheiding zijn tussen de hemelwoonplaats van God - en mijn hoofd. Bovendien gold in de oudheid het blootshoofds zijn als teken van vrijheid terwijl slaven een soort muts moesten dragen. Met zijn hoofddeksel wil de jood zeggen dat hij een knecht van God is, een knecht de vrijwillig het juk van het hemelrijk op zich heeft genomen’.