Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 18-06-2025

PAMPHILUS

betekenis & definitie

Pamphilus (Παμφιλος), griekse eigennaam. Vermelding verdienen:

1. Pamphilus van Amphipolis, griekse schilder uit de eerste helft van de 4e eeuw vC, voornaamste vertegenwoordiger van de schilderschool van Sicyon, waar hij ook wiskunde doceerde. Pamphilus, van wiens werken - o.a. Odysseus op zijn vlot - niets bewaard is gebleven, gold als de vader van de z.g. chrestografie, de 'mooie schilderkunst’, waarin vormen en proporties op rationele wijze verantwoord werden. Deze wijze van schilderen werd door zijn leerling Apelles vervolmaakt. Pamphilus zou ook een handboek der schilderkunst hebben samengesteld.

Lit. G. Lippold (PRE 18, 2 (3), 351v). G. Pesce (EAA 5, 191).

2. Pamphilus van Alexandrië, griekse lexicograaf uit de tweede helft van de 1e eeuw nC. Behalve verhandelingen over grammaticale problemen, een woordenboek op → Nicander en een lijst van plantennamen, stelde Pamphilus een omvangrijk glossarium samen, Περι γλωσσων και ονοματοων (95 boeken), waarin hij zeldzame woorden en uitdrukkingen verklaarde. Als bronnen gebruikte hij onder meer de glossaria van → Aristophanes (2) van Byzantium, Didymus (1) Chalcenterus en Apion. Van Pamphilus’ werk werd in de 2e eeuw een uittreksel gemaakt door → Diogenianus, dat een van de belangrijkste bronnen is van het bewaard gebleven lexicon van Hesychius (ca. 500 nC).

Lit. C. Wendel (PRE 18, 2 (3), 336-349). [Nuchelmans]

3. Pamphilus, presbyter te Caesarea in Palestina, geboren te Berytus en gestorven als martelaar in 309 of 310. Na een eerste opleiding in zijn geboortestad studeerde hij theologie aan de catechetische school te Alexandrië, waar hij sterk door Origenes geinspireerd werd. Hij vestigde zich naderhand in Caesarea, waar Origenes in zijn latere jaren had onderricht. Belangrijk is zijn werk voor de verrijking van de door Origenes aldaar gestichte bibliotheek, die voor de overlevering van de oudchristelijke literatuur van grote betekenis zou worden (ze werd o.a. gebruikt door Eusebius van Caesarea en Hieronymus). Van Pamphilus’ Apologie voor Origenes is een latijnse vertaling van het eerste boek door Ru- finus bewaard. Voor de geschiedenis van de griekse bijbeltekst is de kopiistenactiviteit in de bibliotheek te Caesarea uiterst belangrijk geweest.

Lit. Rujinus’ vertaling van het eerste boek van de Apologie bij H. Lommatzsch, Origenis opera (GCS 24, 293-412). - G. Bardy (DTC 11, 1839-1841). - A. von Hamack, Geschichte der altchrlstlichen Literatur 12 (Leipzig 1958) 543-550. [Bartelink]

< >