Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

HEGEMON

betekenis & definitie

Hegemon (‘Ηγημων) van Thasus, griekse blijspeldichter uit de tweede helft van de 5e eeuw vC, bekend geworden als schrijver van parodieën op epos en tragedie.

Aristoteles’ bericht (Poëtica 1448.a.12) dat Hegemon de eerste auteur van parodieën was wordt gewoonlijk zo opgevat dat hij van de parodie een genre maakte dat in een muzische → agon kon meedingen. In Athene behaalde Hegemon meermalen een eerste prijs, o.a. met een Gigantomachie, waarmee de Atheners zo gelachten zouden hebben dat ze de katastrofe op Sicilië (413 vC) vergaten. Van zijn werken zijn slechts enkele fragmenten over.Lit. Fragmenten bij P. Brandt, Corpusculum poësis epicae graecae ludibundae 1 (Leipzig 1888) 37-49. - A. Korte (PRE 7, 2595v). [Nuchelmans]

< >