Cimbren (latijn Cimbri), germaanse stam, die in 113 vC een romeins leger bij Noreia in Karinthië een nederlaag toebracht.
De Cimbren waren uit hun vaderland Jutland weggetrokken, volgens de overlevering verdreven door grote overstromingen van de zee. Hoewel de weg naar Italië na de overwinning bij Noreia openlag, trokken de Cimbren naar het westen, versloegen in 109 de Romeinen in Zuid-Frankrijk, maar vielen ook nu Italië niet binnen; ze zwierven door Gallië en overwonnen, verbonden met de Teutonen, de Romeinen opnieuw in 105 bij Arausio (Orange). De Cimbren trokken hierop naar Spanje, de Teutonen naar Noord-Gallië; de Cimbren werden door de Celtiberi teruggedrongen, de Teutonen door de Belgae. Nu besloten ze zich tegen Italië te keren. Intussen had → Marius echter het romeinse leger gereorganiseerd. In 102 versloeg hij de Teutonen bij Aquae Sextiae (Aix-en-Provence). De Cimbren, die over de Brenner Italië waren binnengedrongen, werden door Marius en Lutatius Catulus in 101 vC vernietigd op de Raudische Velden bij Vercellae.Met het land van oorsprong der Cimbren maakten de Romeinen kennis toen in 5 vC de romeinse vloot onder bevel van Tiberius een ontdekkingsvaart ondernam langs de duitse en deense kust.
Lit. M. Ihm (PRE 3, 2547-2553). - L.. Schmidt, Geschichte der deutschen Stämme. Die Westgermanen 12 (München 1938) 3-21. E. Schwarz, Germanische Stammeskunde (Heidelberg 1956) 54-63. [Stolte]