Baubo (Βαυβω), legendarische echtgenote van Dysaules te Eleusis.
Toen de godin → Demeter, op zoek naar haar dochter Persephone, in Eleusis kwam, zou ze met de kleine Iacchus, die haar vergezelde, door Dysaules en Baubo gastvrij ontvangen zijn. Baubo bood beiden een versterkende drank aan, maar door droefheid verteerd sloeg de godin deze af. Daarop zou Baubo, verstoord of bij wijze van grap, de godin haar ontblote achterste hebben toegewend, waarop Iacchus begon te applaudisseren; ook Demeter moest toen lachen en accepteerde de aangeboden drank.Volgens een bepaalde traditie was de eleusinische held → Triptolemus een zoon van Dysaules en Baubo; hun dochters waren Protonoë en Nisa.
De Baubo-scène in de Demeter-sage is waarschijnlijk een aetiologisch element ter verklaring van bepaalde vormen van ritueel exhibitionisme die in de eleusinische (?) en orphische mysteriën gebruikelijk schijnen te zijn geweest. In wijder verband beschouwd, zal Baubo wel een personificatie van het vrouwelijke geslachtsdeel zijn, die in de vruchtbaarheidscultus veel voorkomt.
Lit. Ch. Picaid, L'épisode de B. dans les mystères d’Éleusis (Rev. de l’hist. des rel. 95, 1927, 220vv). H. Fluck, Skurrile Riten in griechischen Kuiten (1931). M. P. Nilsson, Geschichte der griechischen Religion 12 (München 1955) 657v. [Nuchelmans]