Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

ANUBIS

betekenis & definitie

Anubis (Ανουβις), egyptische god (inpw) die als liggende hond of als mens met hondskop afgebeeld wordt (zie ANEP nr. 548).

Hem behoorde de 17e opper-egyptische gouw, in het grieks Kynopolites genaamd. Hij was vooral een dodengod: beschermer van de necropool, mummificeerder (de priester die dit ritueel voltrok droeg een Anubis-masker) en medewerker van Thot bij het wegen van het hart in het dodengericht (zie ANEP nr. 639v). In deze laatste hoedanigheid werd hij in hellenistische tijd een soort Hermes Psychopompos (Hermanoubis). Van het Oude Rijk af werd hij geassocieerd en ten dele gelijkgesteld met Chenti-Imentiu, de god van de necropool van Abydos, en met de wolfsgod Upuaut. Evenals deze laatste werd hij een soort krijgsgod, begeleider en beschermer van de koning.Lit. Bonnet (RAR 40-45). H. Herter (RAC 480-484). [Vergote]

< >