Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

ANAPHORA

betekenis & definitie

De term anaphora werd allereerst van de eucharistieviering in het algemeen gebezigd (vaker προσφορα), bv.

Concilium Nicaenum 18, verder speciaal voor het hoofdgedeelte van de viering als voorbereiding op de eucharistische maaltijd (bv. Constitutiones apostolicae 2, 59, 4). Het daarvoor dienende formulier, het centrale gebed vanaf het Sursum Corda tot en met de Communio, werd ook a. genoemd (bv. Joh. Moschus, Pratum Spirituale 25; MPG 87, 2872 A).Lit. F. Cabrol (DAL 1, 1898-1918). PI. de Meester (ib. 6, 1591-1662). A. Baumstark (RAC 1, 418-427). - A. Baumstark, Die Messe im Morgenland (Kempten 1906). H. Lietzmann, Messe und Herrenmahl2 (Bonn 1926). W. H. Frere, The anaphora or great eucharistie prayer (London 1938). A. Raes, Introductio in liturgicam orientalem (Rome 1947). J. Jungmann, Missarum Sollemnia3 (Wien 1952) 1, 53. [Bartelink]

< >