1. De vrede, gesloten op 8 Aug. 1570, die een einde aan de Derde Hugenotenoorlog maakte (zie Hugenoten).
2. De vrede, op 29 Juni 1679 tussen Frankrijk en Zweden enerzijds en Brandenburg anderzijds, gesloten, maakte een eind aan de krijg, die laatstgenoemd land in 1673 tegen Frankrijk begonnen was om de Republiek der Verenigde Nederlanden te hulp te komen. Brandenburg moest bijna het gehele Voor-Pommeren, dat het op Zweden veroverd had, teruggeven.
3. De vrede, die op 10 Sept. 1919 tussen de Republiek Oostenrijk en de mogendheden der zgn. „Entente” (waarbij ook de nieuwe republiek Tsjechoslowakije) werd gesloten, maakte, wat de Donaulanden betrof, een einde aan Wereldoorlog I.
Ondertekenaar aan Oostenrijks zijde was de Bondskanselier, Renner, woordvoerder der Entente was bovenal Georges Clemenceau. Oostenrijk moest Zuid-Tirol aan Italië, Zuid-Stiermarken en Z.O.-Karinthië aan Joegoslavië afstaan. Over Klagenfurt zou een volksstemming beslissen, die ten voordele van Oostenrijk uitviel. Tegenover al deze verliezen stond slechts de verwerving van enige Duitse steden in West-Hongarije: Wieselburg, Ödenburg en Eisenburg. De vereniging van Oostenrijk met het Duitse Rijk (zie Anschluss) werd in zoverre onmogelijk gemaakt, dat de grenzen tussen Oostenrijk en Beieren onveranderlijk verklaard werden en gestipuleerd werd, dat de politieke onafhankelijkheid van Oostenrijk slechts opgeheven kon worden door de eenstemmige goedkeuring van de Volkenbondsraad. Oostenrijk mocht slechts een beroepsleger van 30.000 man op de been houden.
De Donau werd geïnternationaliseerd. Oostenrijk kreeg het recht van vrije doorvoer naar de Adriatische havens. Door de financiële en economische nood, waarin Oostenrijk al spoedig na het sluiten van de vrede kwam te verkeren, werd wijziging van de bepalingen betreffende de herstelbetalingen noodzakelijk. Nieuwe overeenkomsten daaromtrent kwamen o.a. op de conferenties van 1929 en 1930 tot stand. Aan andere voorschriften, als de militaire clausules, is op den duur niet streng de hand meer gehouden.
Lit.: Bericht über die Tätigkeit der deutschösterreichischen Friedensdelegation in Saint-Germain-en-Laye (2 dln, Wenen 1919); E. von Hofmannsthal, Der deutsche und der österreichische Friedensvertrag (Wien 1920); G. Ratzenhofer, Der Friedensvertrag von Saint-Germain (Wien 1920); F. Klein, Die Revision des Friedensvertrages von St.-G. (Wien 1920).