Zuidafrikaans staatsman (Fauresmith, Oranje-Vrijstaat, i Mei 1887), is leider van de Afrikaner Partij*. Hij studeerde in Bloemfontein en werd in 1907 tot de rechtspractijk toegelaten.
Tijdens de Tweede Vrijheidsoorlog had hij onder generaal Hertzog* gediend en daaruit was een loyaliteit tegenover Hertzog ontstaan, die hem in zijn hele politieke loopbaan is bijgebleven en hem de bijnaam van „Hertzog’s schildknaap” bezorgde; 15 jaar was hij onder Hertzog minister van Financiën. Hij was een gematigd nationalist, die met Hertzog meeging in de Verenigde Partij* en eerst in 1939 aftrad, toen hij met Hertzog tegen de oorlogsverklaring aan Duitsland had gestemd. Als financier was hij bekend om zijn begrotingsoverschotten, ten dele toe te schrijven aan de uitzonderlijke economische bloei van Zuid-Afrika na het loslaten van de gouden standaard in 1931.Tijdens Wereldoorlog II werd hij leider van de Afrikaner Partij die toen echter geen zetels in het Parlement had, en hij hield zich zeer op de achtergrond. Voor de verkiezingen van 1948 sloot hij echter een verkiezingspact met dr Malan* en dat bracht zijn partij met 9 zetels terug in het Parlement en hemzelf in het ministerie van Financiën. Zijn beleid werkt als een rem op dat van de felle nationalisten, daar hij niet zeer enthousiast is voor de Republikeinse gedachte, zich verklaard heeft tegen het ontnemen van het actief kiesrecht aan de halfbloed-bevolking van de Kaap en met zijn partij in het Parlement op de wip zit. Vooral in de economische crisis, welke Zuid-Afrika sinds 1949 doormaakt, zien velen in Havenga, die ook veel steun van Engelssprekenden geniet, een toekomstig eerste minister.
PROF. DR M. BOKHORST
Lit.: C. M. van den Heever, Gen. J. B. M. Hertzog (Johannesburg 1943)-